Waarom Apple op de Nederlandse werkplek niet dominant is (maar het wel kan worden)

Geschreven door Jos Nijmeijer
4 min leestijd
17-jun-2013 13:45:00

Wij vroegen Jos Nijmeijer, hoofd van onze business unit Projecten & Advies, naar zijn kijk op Apple's positie op de Nederlandse zakelijke markt. Dit bericht verscheen eerder ook op de opiniepagina van Computable.nl, waar een levendige discussie is ontstaan over dit onderwerp.

Hierover verschillen de meningen. Eerder dit jaar maakte Good Technologies bijvoorbeeld bekend dat in het laatste kwartaal van 2012 liefst 77 procent van de activaties van smartphones en tablets op de Amerikaanse zakelijke markt een Apple-apparaat betrof. Ook onderzoeksbureau Forrester voorspelt dat Apple in 2013 flinke stappen gaat maken op de (Amerikaanse) zakelijke markt.

Nederland blijft eigenwijs

Uit ons eigen onderzoek "Samen slimmer in 2013" blijkt voor Nederland juist het tegenovergestelde. De Nederlandse ict-markt zal in 2013 vooral behoudend gaan handelen. De Nederlandse ict-managers lijken hiermee af te gaan wijken van wat er internationaal wordt voorspeld.

(Nog) niet dominant

Wat in elk geval duidelijk is, is dat Apple momenteel een ontzettend sterk merk is met een grote groep trouwe fans. Maar dominant op de Nederlandse werkplek is het bedrijf zeker niet. Hoewel de iPad en de iPhone het geweldig doen, staan er op de bureau's in haast ieder kantoor vrijwel uitsluitend pc's die een versie van Microsoft Windows draaien. Hoe komt dat? Ik denk dat hiervoor drie hoofdredenen aan te wijzen zijn.

1. Apple maakt uitsluitend high-end computers

Vaak wordt gezegd dat Apple-computers duur zijn. Ik denk niet dat het daar om gaat. Wat wel belangrijk is, is het feit dat Apple uitsluitend computers maakt die veel en zwaar werk kunnen verrichten. Als je op zoek bent naar honderd(en) flexplekken waarop medewerkers kunnen e-mailen en tekstverwerken, dan zijn er goedkopere alternatieven voorhanden. Thin clients van Dell of HP, bijvoorbeeld. Voor de meeste zakelijke werkplekken is een Mac simpelweg overgekwalificeerd.

2. De ict-manager is de gebruiker niet

De consument kiest een product om andere redenen dan een ict-manager. In het geval van Apple-producten is het bijvoorbeeld vaak zo dat klanten trouw zijn aan het merk, het design en de gebruikservaring van het apparaat prettig vinden en misschien minder geven om de prijs. Voor een ict-manager gelden andere regels. Hij wil een computer die doet wat hij moet doen, houdt zich niet bezig met design maar richt zich juist weer wel op apparaten die makkelijk in grote hoeveelheden te beheren zijn. En als er een kwantumkorting bij komt kijken dan is dat helemaal mooi meegenomen.

3. Microsoft is de standaard voor bedrijfsapplicaties

Hoe sterk het merk Apple nu is, zo zwak was het in de jaren negentig. Er zijn altijd trouwe Apple-gebruikers geweest, maar Microsoft is dankzij haar dominantie de standaard geworden. Hoewel Apple in de eenentwintigste eeuw flink aan marktaandeel heeft gewonnen, worden de meeste bedrijfsapplicaties nog altijd voor Windows ontworpen. Voor organisaties die werken met dergelijke applicaties, blijft de Windows-werkplek het meest aantrekkelijk.

Apple is trouwens wel sterk in gebruik in de grafische industrie. Waar de applicaties voor tekstverwerking voor de x86-architectuur zijn ontworpen, waren de grafische applicaties van de jaren ‘90 juist geschikt voor de PowerPC-architectuur van Apple. Deze applicaties zijn allang ook voor Windows-architecturen beschikbaar, maar in de grafische industrie blijven Macs ‘oververtegenwoordigd’. Traditioneel besteed Apple veel energie aan vormgeving en het uiterlijk van de apparaten, wat hier natuurlijk goed bij aansluit.

Waarom er weleens verandering zou kunnen komen

Momenteel doet de zakelijke markt dus weinig met Apple-producten. Ook bij OGD gaan we vooralsnog niet veel verder dan wat minimale beheeractiviteiten voor de iPhones en iPads van onze collega's. Toch zouden de drie struikelblokken die ik hierboven beschreef zomaar eens minder relevant kunnen worden.

1. Aanschafprijs vs. beheerkosten

Ten eerste is het zo dat Apple-apparaten juist eenvoudig te beheren te zijn. Dit komt omdat het niet gaat om beheer van het apparaat, maar om beheer van de applicaties. Dankzij de App Store kan de eindgebruiker dit beheren prima zelf. Daarnaast is de iPad zeer eenvoudig te configureren. Als het gemeengoed wordt om gebruikers meer zelf te laten doen, zou de balans van aanschafprijs versus beheerkosten langzaam de andere kant op kunnen gaan schuiven.

2. Byod en het nieuwe werken

Ten tweede zijn bring your own device en het nieuwe werken sterk in opkomst. In groeiende mate zullen medewerkers hun eigen apparaten willen gaan gebruiken. Door het toenemende doe-het-zelf-beheer zijn veel ict-afdelingen geneigd deze apparaten, in ieder geval met basale ondersteuning, te leveren en in gebruik te nemen. Hiermee zullen misschien geen iMacs op de bureaus verschijnen, maar er zal wel meer gebruik gaan worden gemaakt van Apple-laptop's als de MacBook Air.

3. De opkomst van de webapplicatie

Ten derde zien we een verandering op het gebied van software-ontwikkeling. Platformonafhankelijke webapplicaties verdrijven de native applicatie langzaam maar zeker van het speelveld. Omdat webapps alleen een browser nodig hebben om te functioneren, is deze ontwikkeling opnieuw een kans voor Apple om haar zakelijke positie te verbeteren.

Dat wil overigens niet zeggen dat Apple die kans ook absoluut zal aangrijpen. De (aangekondigde) nieuwe generaties tablets met Android zijn bijvoorbeeld geduchte concurrenten voor de iPad. Wat ik als blijvertjes wil betitelen, zijn het byod-concept en de doe-het-zelf-gebruiker. Dat Apple daarvan op de werkplek ook daadwerkelijk de vruchten zal plukken, durf ik niet te beloven.

Dit bericht verscheen eerder op de opiniepagina van Computable

Ontvang email updates